Gedoe met taal

Screenshot
Wat het mooiste is, is als je bezig bent met een onderwerp zoals laaggeletterdheid, je zelf ook bewust wordt van je eigen taalvaardigheid. En soms word je met je neus op de feiten gedrukt. Ik ben 45 jaar, denk dat ik toch wel “goed” ben met taal. Ik leerde tijdens corona, dat ik helemaal niet goed ben met sommige onderdelen van taal. Dat taal tot gedoe kan leiden als je elkaar niet begrijpt. En dat kwam door mijn dochter.

Weten jullie het nog? Corona, de lockdown. Ik zat thuis met mijn dochter. Die zat toen in groep zes. We maakten een mooi schema. We begonnen vrolijk en enthousiast. Ik werken en zij school doen. Ze had een laptop van school gekregen. En ze waren binnen twee dagen volledig up and running. Gelukkig is mijn dochter een slimmerd en best zelfstandig, dus die eerste week ging (best aardig). Maar na een week trok ik het al niet goed meer. Werken, binnen blijven en een kind lesgeven. Ze begonnen elke dag met z’n allen online, kregen hun werk mee en aan het einde van de ochtend nog een keer samenkomen en online afronden. Ik zat boven te werken en om de haverklap klonk ervan beneden: mam…maaaammm…mam! Je moet helpen. Ja…Ik zit in een overleg. Straks! De irritatie liep vrij snel op kan ik jullie melden.

En toen ik dan eindelijk beneden was, gebeurde het volgende. Mam, het is de klankwoordengroep en dan de zangklankwoordengroep. Kun je mij die even uitleggen? Ik keek volledig in de war naar mijn dochter. Ik zei: wat is een wat en wat is dat? Jaaaahaa. Je weet wel een klankwoordengroep. Ik wist het niet, ik had geen idee waar ze het over had. Ze werd al bozer. AAApen. Klankwoordengroep. Je hoort een AAA en hakt er een stuk van af en dan is het Apen. Een klantwoordengroep?!?. Ik bleef stil. In mijn hersenen gebeurde er helemaal niets. AAApen, Apen. Ja, je zegt AAApen en je schrijft Apen. Dat klopt. Ze keek mij verwachtingsvol aan, alsof er nu iets briljants zou komen, wat haar kon helpen met haar opdracht. Ik keek vooral heel dom en leeg naar haar.

Zo voel het dus als je niet weet wat de ander bedoelt

Maar daar bleef het niet bij. Er waren blijkbaar heel veel klankwoordengroepen. En ze moest er iets mee doen. Ik begreep alleen echt niet wat. Google is je vriend, dus ik ’s avonds opzoeken wat dit nou precies was en wat je er dan mee moest doen. Maar ook na pagina’s informatie over klankwoordengroepen in mij op te hebben genomen, snapte ik er nog steeds niks van. Mijn dochter raakte gefrustreerd. Ik raakte gefrustreerd, het werd er niet gezelliger op. En ineens bedacht ik mij: zo voelt dat dus. Je praat wel met elkaar, in dezelfde taal, maar de één heeft geen benul wat de ander bedoelt en dat leidt tot gedoe en onbegrip.

Ik heb het opgegeven. Haar gewoon maar gezegd, ik snap er niks van en ik kan je er niet bij helpen. Ik heb een Pabo-student ingehuurd, die drie ochtenden in de week opgewekt en blij de klankwoordengroepen heeft uitgelegd. En tot op de dag van vandaag voel ik dat ik tekortschoot, niet goed genoeg was. Hoe moet dat voelen als je echt niet goed bent met taal…dat lijkt mij een vreselijk gevoel. Dat moeten we toch ook kunnen oplossen?

Mieke Dadema is initiatiefnemer van soepel.org en wil verzekeringen toegankelijk maken voor mensen die moeite hebben met lezen en schrijven. Meer informatie: www.soepel.nu.


Download hieronder de publicatie.

Documenten


Fijn dat je er bent! Je weet dat ze er zijn: cookies. Wij gebruiken alleen de cookies van Google Analytics. Die zijn volledig geanonimiseerd en daarom plaatsen wij die zonder toestemming. Wij gebruiken deze dienst om bij te houden hoeveel bezoekers er zijn en rapportages te krijgen over hoe de bezoekers de website gebruiken.